Gambiaanse parlementsleden hebben maandag gestemd om over te gaan naar de volgende parlementaire fase van een wet die het verbod op vrouwelijke genitale verminking (VGV), dat sinds 2015 van kracht is, ongedaan maakt.
De parlementsleden stemden met 42 tegen vier stemmen om het wetsvoorstel voor ten minste drie maanden naar een parlementaire commissie te sturen voor verdere behandeling, alvorens terug te keren voor een derde lezing.
Wat zijn de argumenten voor en tegen het verbod?
Wetgever Almameh Gibba, die eerder deze maand het intrekkingswetsvoorstel introduceerde, zei tijdens het debat van maandag: “Het wetsvoorstel heeft tot doel religieuze loyaliteit hoog te houden en culturele normen en waarden te beschermen.”
Maar mensenrechtenactivisten en -organisaties zeggen dat de voorgestelde wet jaren van vooruitgang ongedaan maakt en de reputatie van het land op het gebied van de mensenrechten schaadt.
Jaha Dukureh, een activiste tegen vrouwelijke genitale verminking in Gambia, zei dat ze er vertrouwen in had dat de wet zou worden vernietigd, maar dat activisten zoals zij voor een zware strijd stonden. Dukureh en anderen protesteerden tijdens het debat buiten het parlement.
Het Gambiaanse verbod op VGV werd in 2015 aangenomen onder voormalig president Yahya Jammeh, waarbij boetes en gevangenisstraffen werden opgelegd aan degenen die de daad uitvoeren. Jammeh geloofde dat de praktijk achterhaald en onnodig was in de islam.
De wet stelt dat: “Een persoon zich niet mag bezighouden met vrouwenbesnijdenis. … Iemand die zich bezighoudt met vrouwenbesnijdenis, begaat een misdrijf.”
Drie vrouwen werden afgelopen augustus veroordeeld voor het uitvoeren van VGV op acht meisjes, en waren daarmee de eerste mensen die volgens de wet werden veroordeeld.
De Hoge Islamitische Raad van Gambia reageerde op dit geloof door te zeggen dat vrouwenbesnijdenis een van de deugden van de islam is.
Welke gevolgen heeft het verbod voor vrouwenbesnijdenis in Gambia?
Uit cijfers van de VN blijkt dat de prevalentie van VGV onder meisjes in Gambia sinds de invoering van het verbod sterk is gedaald.
De Wereldgezondheidsorganisatie zegt dat vrouwenbesnijdenis geen gezondheidsvoordelen heeft en kan leiden tot overmatig bloeden, shock, psychische problemen en de dood.
Het Kinderfonds van de Verenigde Naties (UNICEF) zei in een eerder deze maand uitgebracht rapport dat het aantal vrouwen en meisjes dat wereldwijd aan FGM wordt onderworpen, is gestegen van 200 miljoen acht jaar geleden naar 230 miljoen nu.
Als Gambia het verbod op vrouwelijke genitale verminking opheft, zal het het eerste land ter wereld zijn dat de bescherming tegen vrouwenbesnijdenis stopzet.
ssa/wd (Reuters, AP, AFP)