Een op de twee inwoners van de vijf grootste steden van Australië woont niet vaak genoeg in de buurt van het openbaar vervoer om een auto op te geven, zo blijkt uit een nieuwe analyse, waarbij de voorsteden met lagere inkomens het in alle steden op één na slechter doen.
Uit een analyse van de Klimaatraad blijkt dat ruim zeven miljoen mensen die in Sydney, Melbourne, Brisbane, Perth en Adelaide wonen, te maken krijgen met enorme barrières bij het kiezen van een andere vervoersoptie dan de auto, waardoor ze weinig andere keus hebben dan consequent meer geld uit te geven aan woon-werkverkeer en verplaatsingen. überhaupt rond.
De groene belangenorganisatie zegt dat de gegevens betere investeringen in bussen, treinen en ander openbaar vervoer in Australische steden ondersteunen, waarvan zij benadrukt dat dit het aantal passagiers zal vergroten en de gevaarlijke luchtvervuiling en emissies zal verminderen.
In de analyse werd gekeken naar het deel van de bevolking met betaalbare toegang tot openbaar vervoer dat frequent en betrouwbaar genoeg was om ze uit de auto te halen, gedefinieerd als een adres binnen 800 meter of 10 minuten lopen of een dienst die minstens elke keer rijdt. 15 minuten tussen 07.00 en 19.00 uur.
Uit de analyse bleek dat 67,2% van de inwoners van Sydney in gebieden woont met toegang tot dit niveau van openbaarvervoerdiensten. Dit vergeleken met slechts 33,7% van de inwoners van Brisbane – de stad die vorige week werd gerangschikt als het slechtste verkeer in Australië en op de twaalfde plaats van slechtste ter wereld, terwijl het zich voorbereidt op het organiseren van de Olympische Spelen van 2032.
Sydney heeft niet alleen meer inwoners die fatsoenlijke toegang tot het openbaar vervoer bieden, maar heeft ook de hoogste bevolkingsdichtheid van de geanalyseerde steden. De toegang tot het openbaar vervoer in Australië verbleekt echter in vergelijking met die in wereldsteden. Volgens transit- en censusgegevens uit 2020 woont in de vijf stadsdelen van New York 82% van de mensen binnen een halve kilometer van een metrostation.
Hier ziet u hoe de steden worden gerangschikt.
1. Sydney
Uit analyses blijkt dat Sydneysiders verreweg de beste toegang hebben tot openbaar vervoer dat goed genoeg is om op te vertrouwen voor woon-werkverkeer en andere doeleinden. Hoewel de toegang het beste is in het CBD, Botany en de oostelijke buitenwijken, is de toegang het slechtst in de Blue Mountains, Penrith en Campbelltown. Volgens het onderzoek eindigt de toegang tot goed openbaar vervoer voor de meeste mensen op ongeveer 25 km van het CBD.
Sydney is ook de meest gelijkwaardige stad wat betreft toegang tot de hele dag frequent openbaar vervoer voor inwoners van welvarende en lagere inkomensgebieden, waarbij vrijwel gelijke aantallen inwoners in deze gebieden vanuit hun huis toegang hebben tot dergelijke diensten.
Een hoger niveau van openbaarvervoerdiensten in Sydney hield verband met een hoger aantal passagiers: 27% van de inwoners gebruikte het openbaar vervoer om naar het werk te gaan, terwijl 62% met de auto reed. Gegevens over het gebruik van vervoerswijzen maakten echter geen deel uit van de nieuwe analyse, maar waren gebaseerd op de censusresultaten van 2016, aangezien de censusresultaten van 2021 werden beïnvloed door de Covid-beperkingen.
2. Melbourne
Melbourne is in de analyse de op één na beste stad, met 52,5% van de inwoners die binnen een straal van 800 meter van het openbaar vervoer wonen, dat tussen 7.00 en 19.00 uur gemiddeld minstens elke 15 minuten rijdt.
Het CBD, Albert Park en South Yarra waren de best bediende gebieden, terwijl Cardinia, het Mornington Peninsula en Fawkner de slechtste waren. Hieruit bleek dat de toegang tot goed openbaar vervoer voor de meeste mensen op ongeveer 15 km van het CBD eindigt.
Rijkere buitenwijken hebben betere toegang tot goed openbaar vervoer in Melbourne.
De afhankelijkheid van het openbaar vervoer in Melbourne is ook veel lager dan die van particuliere auto’s, zo blijkt uit oudere censusgegevens. Slechts 18% van de inwoners gebruikt het openbaar vervoer om te werken, terwijl 71% de auto gebruikt.
3. Adelaide
Adelaide kwam op de derde plaats in de analyse, waarbij 47,6% van de inwoners dichtbij genoeg woonden om de hele dag gebruik te maken van het openbaar vervoer en hun auto achter te laten. Het CBD, Prospect en Walkerville en Unley waren de best bediende buitenwijken, terwijl Onkaparinga, Playford en Port Adelaide de slechtste diensten hadden.
Hieruit bleek dat de toegang tot goed openbaar vervoer voor de meeste mensen op ongeveer 8 km van het CBD eindigde, terwijl de servicekloof tussen welvarende en lagere inkomensgebieden 19% in het voordeel was van de eerste.
Uit censusgegevens bleek dat 10% van de inwoners van Adelaide gebruik maakt van het openbaar vervoer om naar hun werk te reizen, vergeleken met 80% van de afhankelijkheid van privéauto’s.
4. Perth
Perth staat op de vierde plaats van de steden, waarbij 40,5% van de inwoners in gebieden woont die binnen de drempel vallen voor toegang tot de hele dag, frequent openbaar vervoer. De best bediende gebieden waren het CBD, Belmont/Victoria Park en Fremantle, terwijl de slechtste Kwinana, Mandurah en Armadale waren.
De toegang tot goed openbaar vervoer eindigt voor de meeste inwoners op 12 kilometer van het CBD, terwijl de kloof tussen welvarende en lagere inkomensbuitenwijken 18% in het voordeel is van eerstgenoemde.
De meeste inwoners van Perth zijn afhankelijk van de auto om naar hun werk te gaan, zo blijkt uit censuscijfers. Slechts 12% kwam met het openbaar vervoer naar het werk, terwijl 78% gebruik maakte van privévoertuigen.
5. Brisbane
Uit de analyse bleek dat inwoners van Brisbane de slechtste toegang tot het openbaar vervoer hebben van de vijf grootste steden van Australië: slechts 33,7% woont binnen een straal van 800 meter van het openbaar vervoer dat tussen 7.00 en 19.00 uur minstens elke 15 minuten rijdt.
Inner Brisbane, Annerley/Yeronga en Indooroopilly waren het best bereikbaar met het openbaar vervoer, terwijl het Hills District, Browns Plains en Beenleigh het slechtst waren. De toegang tot goede openbaarvervoerdiensten eindigt voor de meeste mensen op ongeveer 8 km van het CBD.
De kloof in dienstverlening tussen rijke en armere gebieden bedroeg in Brisbane 27%, ten gunste van de eerstgenoemde.
Het autogebruik is hoog in Brisbane: 75% van de inwoners is afhankelijk van een privéauto om naar het werk te reizen, terwijl 14% gebruik maakt van het openbaar vervoer, volgens censusgegevens.
De slechte prestaties van Brisbane komen doordat de verkeersanalyse van Inrix aantoonde dat Brisbane in 2023 het slechtste verkeer in Australië had, met een filegroei van 10% ten opzichte van het voorgaande jaar.
De Labour-regering van Queensland haalde voorafgaand aan de staatsverkiezingen de krantenkoppen door een proefperiode van zes maanden aan te kondigen waarbij slechts 50 cent in rekening zou worden gebracht voor alle openbaarvervoerreizen in de staat, in een poging meer passagiers uit de auto te halen.
Hoofd Beleid en Belangenbehartiging van de Klimaatraad, dr. Jennifer Rayner zei dat het versterken van het openbaar vervoer, evenals actief transport zoals lopen en fietsen, de kern zou moeten vormen van de Net Zero-routekaart voor transport en infrastructuur van de Albanese regering.
“Meer gedeeld en actief transport komt ten goede aan de miljoenen mensen die in onze grootste steden wonen, waardoor de klimaatvervuiling door transport wordt verminderd, de kosten van levensonderhoud worden verlaagd, onze straten veiliger en minder druk worden gemaakt en onze lucht wordt gereinigd”, aldus Rayner.
Klimaatadviseur en volksgezondheidsarts dr. Kate Charlesworth zei dat de fijnstofvervuiling door auto’s “schadelijke gevolgen heeft voor ons hart en de longen, voor zwangere vrouwen en kinderen” en naar schatting verantwoordelijk is voor meer dan 11.000 voortijdige sterfgevallen onder Australische volwassenen – 10 keer meer dan tol voor een nationale weg.
“We kunnen deze schade voorkomen door betere gedeelde en actieve transportmogelijkheden te bieden, zodat meer mensen hun auto thuis kunnen laten”, aldus Charlesworth. “Op dit moment hebben we alles wat we nodig hebben om ons transportsysteem schoner en beter te maken.”