De basketbalspelersvakbond van Dartmouth beschuldigt de school van oneerlijke arbeidspraktijken

De vakbond die het herenbasketbalteam van Dartmouth vertegenwoordigt, heeft woensdag een rechtszaak wegens oneerlijke arbeidspraktijken aangespannen tegen de school omdat ze weigerde te onderhandelen over een collectieve arbeidsovereenkomst met de spelers.

Employees International Union 560, die al andere werknemers in Dartmouth vertegenwoordigt, zei dat het niet onderhandelen een schending was van de arbeidswetten en de ethische code van de school.

“Al bijna zestig jaar volgt Dartmouth een traditie van het onderhandelen over eerlijke en rechtvaardige vakbondscontracten met onze lokale bevolking”, zei vakbondsvoorzitter Chris Peck in een verklaring. “Het is de hoogste tijd voor de regering-Dartmouth om dreigende financiële en juridische verplichtingen te vermijden door van deze gelegenheid gebruik te maken om leiderschap te tonen, zoals de spelers hebben gedaan, en om haar eigen retoriek over het belang van gemeenschap en dialoog waar te maken.”

Een regionale directeur van de National Labour Relations Board oordeelde dit voorjaar dat de basketbalspelers van Dartmouth schoolpersoneel zijn, wat de weg vrijmaakt voor hen om lid te worden van een vakbond. De spelers stemden vervolgens met 13-2 om lid te worden van SEIU Local 560.

Dartmouth reageerde door aan te kondigen dat het niet met de spelers zou onderhandelen – een tactiek die bedoeld was om de zaak voor de rechter te brengen in de hoop dat een federale rechter de beslissing van de NLRB zou ongedaan maken. “Dit is de enige hefboom die Dartmouth heeft om deze zaak voor de federale rechtbank te laten behandelen”, zei de school destijds.

De school zegt dat de spelers “studenten zijn wiens onderwijsprogramma ook atletiek omvat.”

“Ivy League-atleten worden niet aangenomen”, zei Dartmouth. “Gezien Dartmouth’s decennialange inzet voor atletiek als verlengstuk van onze academische missie, geloven wij dat de regiodirecteur een buitengewone fout heeft gemaakt door te onthullen dat deze studenten in dienst waren.”

Dartmouth vraagt ​​ook dat het voltallige bestuur het besluit van de regiodirecteur herziet.