Aardverschuivingen in de Zuid-Indiase deelstaat Kerala hebben minstens 151 mensen het leven gekost, zeiden de autoriteiten woensdag, omdat zware regenval de reddingswerkzaamheden belemmerde.
De verwachting is dat het aantal slachtoffers zal stijgen. Meer dan 128 mensen raakten gewond en ongeveer 187 werden vermist, zeiden staatsfunctionarissen.
Aardverschuivingen veroorzaakt door zware moessonregens troffen dinsdag het district Wayanad, waarbij huizen plat werden gelegd en bomen werden ontworteld.
De meeste slachtoffers waren landarbeiders en hun families die in kleine huizen of geïmproviseerde onderkomens woonden. Ze kwamen om bij een ongeval dat in de vroege ochtenduren plaatsvond.
Geblokkeerde wegen en onstabiel terrein belemmeren de inspanningen, ook al zoeken honderden reddingswerkers naar overlevenden.
Meer dan 3.000 mensen zijn overgebracht naar opvangkampen en de regering heeft gezorgd voor voedsel, water en medische hulp, aldus functionarissen.
Ondertussen is het Indiase leger begonnen met de bouw van een alternatieve brug nadat de hoofdbrug die het getroffen gebied met de dichtstbijzijnde stad verbond, was verwoest.
‘Een van de ergste natuurrampen’
Hoofdminister van de staat Kerala, Pinarayi Vijayan, zei in een verklaring dat de ramp “een van de ergste natuurrampen was die Kerala ooit heeft meegemaakt”.
Te midden van hevige regenval en sterke wind die de zuidelijke regio teisterde, drong Vijayan er bij het publiek op aan “de instructies van de autoriteiten op te volgen”.
Premier Narendra Modi betuigde zijn medeleven en kondigde compensatie aan voor de families van de slachtoffers.
Oppositieleider Rahul Gandhi, die tot voor kort Wayanad in het parlement vertegenwoordigde, zei dat de verwoesting “hartverscheurend” was, maar riep ook op tot een “alomvattend actieplan om het toenemende aantal natuurrampen het hoofd te bieden”.
In India zijn de moessonregens van juni tot september van cruciaal belang voor de landbouw, maar ze veroorzaken ook verwoestende aardverschuivingen en overstromingen.
ss/ab (AP, AFP, Reuters)