Het klimaatvriendelijker maken van de landbouw is lastig. Vraag dat maar aan Europese politici.

Boerenprotesten in Europa zijn een voorbode van de volgende grote politieke uitdaging in de mondiale klimaatactie: hoe voedsel te verbouwen zonder het klimaat en de biodiversiteit op aarde verder te beschadigen.

Dinsdag, na weken van intense protesten in verschillende steden over het hele continent, kwam het meest expliciete teken van die moeilijkheid. De topfunctionaris van de Europese Unie, Ursula von der Leyen, liet een ambitieus wetsvoorstel varen om het gebruik van chemische pesticiden terug te dringen en verzachtte de volgende reeks aanbevelingen van de Europese Commissie over het terugdringen van de landbouwvervuiling.

“We willen ervoor zorgen dat boeren in dit proces voorop blijven lopen”, zei ze in het Europees Parlement. “Alleen als we samen onze klimaat- en milieudoelen bereiken, kunnen boeren hun brood blijven verdienen.”

Boeren beweren dat ze van alle kanten worden getroffen: hoge brandstofkosten, milieuregels, oneerlijke concurrentie van producenten in landen met minder milieubeperkingen.

De landbouw is echter verantwoordelijk voor 30 procent van de mondiale uitstoot van broeikasgassen en het is voor de Europese Unie onmogelijk om haar ambitieuze klimaatdoelstellingen, die in de wet zijn vastgelegd, te verwezenlijken zonder dramatische veranderingen in het landbouwsysteem, inclusief de manier waarop boeren chemische pesticiden en meststoffen gebruiken, zoals as en zijn enorme vee-industrie.

Het is ook politiek belangrijk. Het veranderen van de Europese landbouwpraktijken is uiterst moeilijk gebleken, vooral nu de parlementsverkiezingen in juni in aantocht zijn. Boeren zijn een machtige politieke kracht, en voedsel en landbouw zijn krachtige kenmerken van de Europese identiteit.

De landbouw is goed voor iets meer dan 1 procent van de Europese economie en biedt werk aan 4 procent van de bevolking. Maar het ontvangt een derde van de EU-begroting, voornamelijk aan subsidies.

Wekenlang zijn groepen boeren in heel Europa de straat op gegaan, waarbij ze snelwegen blokkeerden met tractoren, vuurwerk naar de politie gooiden en barricades oprichtten die grote verkeershinder veroorzaakten in Berlijn, Brussel en Parijs.

Ze zijn boos over veel dingen. Er is enige frustratie gericht tegen de nationale leiders en voorstellen om de dieselsubsidies in Frankrijk en Duitsland te verlagen. Sommige hiervan zijn gericht op EU-brede voorstellen, zoals het terugdringen van het gebruik van stikstofkunstmest (gemaakt uit fossiele brandstoffen).

Boeren zijn ook boos over handelsovereenkomsten die de import van landbouwproducten toestaan ​​uit landen die niet dezelfde milieubescherming kennen. En sommige boeren willen meer overheidssteun omdat ze de gevolgen van extreem weer, verergerd door de klimaatverandering, uit de weg gaan.

De protesten zijn een belichaming van het onvermogen om boeren te overtuigen voor een duurzamere landbouw, zegt Tim Benton, hoofd van het milieuprogramma van Chatham House, een in Londen gevestigde denktank. “Dit is een breder voorbeeld van hoe we, als we naar duurzaamheid willen evolueren, meer moeten investeren in ‘rechtvaardige transities’ om mensen mee te krijgen en hen de kans te geven zich beter te voelen, en niet gestraft te worden”, zei hij.

In Duitsland heeft de regering zich teruggetrokken van een aantal belangrijke beleidsmaatregelen, waaronder het uitstellen van bezuinigingen op dieselsubsidies voor landbouwvoertuigen.

In Frankrijk heeft de regering veehouders een hulppakket van 150 miljoen euro (of 163 miljoen dollar) aangeboden, een nationaal plan om het gebruik van pesticiden terug te dringen tijdelijk stopgezet en de import verboden van buitenlandse producten die zijn behandeld met het pesticide, dat in Frankrijk verboden is.

Maar dinsdag kondigde mevrouw von der Leyen de schrapping aan van de EU-brede wet om het gebruik van pesticiden terug te dringen, omdat deze, zo zei ze, een “symbool van polarisatie” was geworden.

Later op de dag maakte de Commissie haar aanbevolen klimaatdoelstellingen voor 2040 bekend. Hoewel ze pas formeel zullen worden voorgesteld of in stemming zullen worden gebracht als er deze zomer een nieuw parlement wordt gekozen, geven ze een duidelijk signaal af over de politieke prioriteiten van de huidige Europese Volkspartij van mevrouw von der Leyen. De doelstellingen zijn gericht op het verminderen van de totale uitstoot met 90 procent in 2040. Maar ze bevelen niets concreets aan over het terugdringen van de landbouwuitstoot van methaan, een krachtig broeikasgas dat vooral afkomstig is van vee, of het terugdringen van stikstofmeststoffen.

Zowel methaan als stikstof moeten aanzienlijk worden verminderd om aan de klimaatdoelstellingen van het blok te voldoen, aldus wetenschappers die de Europese Unie adviseren.

Na de aankondigingen van dinsdag riep een Europese boerenlobbygroep, bekend als COPA-COGECA, de overwinning uit. De Europese Commissie geeft eindelijk toe dat haar aanpak niet juist was hij zei op X.

De centrumrechtse Europese Volkspartij, de grootste fractie in het Europees Parlement, geniet al lange tijd de steun van kiezers op het platteland. De laatste tijd hebben sommige van zijn milieu- en handelsbeleid de woede van dat stemblok gewekt. Extreemrechtse groepen, die in verschillende landen op het continent in opkomst zijn, hebben op deze onvrede geprofiteerd.

“De komende verkiezingen creëren een kans voor populistische partijen, die deze gebruiken tegen de Europese groene agenda”, zegt Simone Tagliapietra, senior fellow bij Bruegel, een in Brussel gevestigde denktank die het Europese energie- en milieubeleid bestudeert. “We hebben allemaal iemand in onze stamboom die boer was, en voedsel is een belangrijk onderdeel van de Europese identiteit.”