ICJ beveelt Israël genocide in Gaza te voorkomen: live updates

De eerste reactie van het Wereldgerechtshof vrijdag op de beschuldigingen van genocide tegen Israël had diepe historische weerklank voor zowel Israëliërs als Palestijnen, ook al had het geen onmiddellijke praktische gevolgen.

Het Internationale Gerechtshof heeft geen bevel gegeven tot het beëindigen van de gevechten in de Gazastrook en heeft niet geprobeerd uitspraak te doen over de grond van de zaak, een proces dat maanden, zo niet jaren zal duren.

Maar de rechtbank beval Israël om zich aan de Genocideconventie te houden, meer hulp naar Gaza te sturen en de rechtbank op de hoogte te stellen van zijn inspanningen daartoe – voorlopige maatregelen die leken op een berisping voor de Israëli’s en een morele overwinning voor de Palestijnen.

Voor veel Israëli’s was het feit dat een staat die na de ene genocide werd gesticht, van een andere werd beschuldigd ‘een geweldig symbool’, zei Alon Pinkas, een Israëlische politieke commentator en voormalig ambassadeur.

“Om zelfs maar in dezelfde zin genoemd te worden als het concept van genocide – niet eens een misdaad, geen onevenredig geweld, geen oorlogsmisdaad, maar genocide – dat is uiterst onaangenaam”, voegde de heer Pinkas eraan toe.

Voor veel Palestijnen bracht de beperkte tussenkomst van het Hof weinig praktische verlichting, maar bood het wel een kort gevoel van rechtvaardiging voor hun zaak. De Palestijnen houden Israël zelden verantwoordelijk voor zijn daden, en de uitspraak van vrijdag voelde als een welkome uitzondering.

“De slachting gaat door, het bloedbad gaat door, de totale vernietiging gaat door”, zegt Hanan Ashrawi, een voormalige Palestijnse functionaris. De tussenkomst van de rechtbank weerspiegelt echter “een serieuze transformatie in de manier waarop Israël wereldwijd wordt gezien en behandeld”, zei ze.

“Israël wordt voor het eerst verantwoordelijk gehouden – en wel door de hoogste rechtbank, en met een vrijwel unaniem oordeel”, voegde ze eraan toe.

Maar veel Israëli’s zeggen dat de wereld Israël aan een hogere standaard houdt dan de meeste andere landen, en voor hen leek het besluit het nieuwste voorbeeld van vooringenomenheid tegen Israël op een internationaal forum.

Yoav Gallant, de Israëlische minister van Defensie wiens opruiende uitspraken over de oorlog de rechtbank in de preambule van zijn vonnis aanhaalde, noemde de heersende antisemiet. “De staat Israël hoeft geen les te krijgen over moraliteit om onderscheid te maken tussen terroristen en burgers in Gaza”, zei de heer Gallant.

‘Degenen die gerechtigheid zoeken, zullen die niet vinden op de leren stoelen van de rechterlijke raden in Den Haag’, voegde hij eraan toe.

Toch zouden de instructies van de rechtbank nu momentum en politieke dekking kunnen geven aan Israëlische functionarissen die in eigen land hebben geprobeerd de Israëlische acties in Gaza te verzachten en de humanitaire ramp in het gebied te verlichten, aldus Janina Dill, hoogleraar internationaal recht aan de Universiteit van Oxford.

Voor professor Dill was de zaak ook aanleiding tot reflectie “over de menselijke conditie”, zei ze.

“Voorkomen dat mensen zich tegen elkaar keren is een voortdurende strijd, en geen enkele groep ter wereld is daartoe in staat”, voegde ze eraan toe.